Deze pagina hoort bij Hoofdstuk 16 van Iduna’s appels – dwars door Noorwegen.
Een rendier: zowel de mannetjes als de vrouwtjes dragen een gewei, dat met een dun laagje vacht is bedekt.
Als ik naar de draadstalen globe loop, hét symbool van de Noordkaap, trekt de mist zich terug op zee. Knivskjelodden komt tevoorschijn, de landtong die net iets noordelijker dan de Noordkaap ligt en daarmee het werkelijke eindpunt van Europa markeert.
(pagina 138)
Ik wandel langs de klif naar het oosten waar het plateau lichtjes naar beneden helt. De globe en het bezoekerscentrum verdwijnen achter de horizon. Even later ook alle menselijke silhouetten zodat ik me helemaal alleen op een kille, desolate planeet kan wanen.
(pagina 138)
Honningsvåg, de uitvalsbasis naar de Noordkaap, op het eiland Magerøya.
Het Noordkaapmuseum hier is een bezoek waard. Naast geschiedenis over de visserij, de kustcultuur en die allesverzengende oorlog, is er een interessante expositie ingericht over de geschiedenis van het Noordkaap-toerisme en de impact ervan op de lokale gemeenschappen.